
Faillissementswet
Artikel 281g 
De artikelen 212a, onderdelen b tot en met f, en 212b tot en met 212f zijn van overeenkomstige toepassing op de verlening van surseance van betaling aan: 
a
 een beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht; 
b
 een financiële instelling als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht die een verklaring van ondertoezichtstelling als bedoeld in artikel 3:110 heeft; 
c
 een centrale tegenpartij, indien deze in het kader van deelname aan het systeem op grond van een overboekingsopdracht effectentegoeden verkrijgt; 
d
 een overheidsinstantie of onderneming met overheidsgarantie; 
e
 een beleggingsonderneming met zetel in een staat die niet een lidstaat is die haar bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor, met dien verstande dat: 
?  voor ?artikel 23? wordt gelezen: artikel 217; 
?  voor ?artikel 24? wordt gelezen: artikel 228, tweede lid; 
?  voor ?artikel 53, eerste lid,? wordt gelezen: artikel 234, eerste lid; en 
?  voor ?artikel 54, tweede lid,? wordt gelezen: artikel 235, tweede lid. 
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.

